Ik heb in mijn proefschrift onderzocht hoe we mensen met een beroerte weer zo effectief mogelijk kunnen helpen leren bewegen. Patiënten hebben vaak de neiging om erg veel na te denken over het bewegen, en heel bewust, letterlijk stap-voor-stap te lopen. Veel therapeuten stellen echter dat het leren zoveel mogelijk “impliciet” moet zijn, waarbij de patiënt juist zo min mogelijk na hoeft te denken bij het bewegen. Dit kan door het geven van externe cues, het voorkomen van fouten in de bewegingsuitvoering, of het geven van beweeginstructies in de vorm van een analogie. Mijn proefschrift wijst uit dat impliciet leren niet per se altijd tot optimale resultaten leidt, en dat sommige patiënten wel degelijk gebaat zijn bij het bewust nadenken over het bewegen. In mijn proefschrift staan concrete richtlijnen die beschrijven hoe therapeuten in de praktijk hun gebruik van motorische leerstrategieën het beste kunnen afstemmen op de individuele patiënt, op basis van hun cognitie, motoriek en proprioceptieve vaardigheden.
AlterG inzetten om impliciet leren te bevorderen bij opnieuw leren lopen
Ik heb bij dit onderzoek niet zelf apparatuur van ProCare gebruikt. ProCare heeft apparatuur in huis die mogelijk goed geschikt is om impliciet leren te bewerkstelligen. Een goed voorbeeld is de AlterG. De AlterG kan worden ingezet om impliciet leren te bevorderen bij het opnieuw leren lopen: Door gedurende een oefenperiode heel langzaam de gewichtsondersteuning af te bouwen kan je er mogelijk voor zorgen dat patiënten minder vaak bewust hoeven in te grijpen in de bewegingssturing. Mijn onderzoek laat zien dat een dergelijke aanpak met name effectief is voor patiënten met relatief grote beperkingen in cognitie. Deze zouden hierdoor meer aandacht kunnen geven aan de uitvoering van andere extra taken, zoals een gesprek voeren of letten op het verkeer.
Een voordeel van de AlterG is dat je hiermee gecontroleerd de ondersteuning bij het lopen geleidelijk af kan bouwen. Dit biedt de mogelijkheid om zogenaamd “foutloos” leren in de praktijk te kunnen toepassen: de patiënt heeft tijdens het oefenen dan vooral succeservaringen, en zal daardoor niet getriggerd worden om na te gaan denken over het bewegen (bijvoorbeeld heel bewust fouten proberen te herstellen en/of deze te voorkomen).
Bij taken als lopen is het erg lastig om geschikte manieren te vinden om impliciet leren in de praktijk te brengen, maar dit zou dus een originele optie kunnen zijn.